Karl Kunert, ‘Rechtvaardiging is er alleen door Jezus Christus’ (1870-1936)

Karl Kunert

Toen hij achtentwintig jaar oud was, zag Karl in dat alléén Jezus Christus hem kon rechtvaardigen.

Strikte naleving van de wet

Op 25 mei 1870 werd Karl Kunert geboren als zoon van een Pruisische bontwerker. In zijn geboorteplaats Krotoszyn (in het huidige Polen) ontving hij een gedegen orthodoxe opvoeding. Hij leefde strikt de Joodse wetten na en was op zijn vierde jaar al regelmatig in de synagoge te vinden. Al vroeg werd van hem verwacht dat hij in de voetsporen zou treden van zijn overgrootvader, een bekende rabbijn die in Breslau (Wroclaw) woonde. Dom was de kleine Kunert allerminst. Met vijf jaar was kon hij al lezen en schrijven!
Hij was nog maar negen jaar toen hij naar de middelbare school ging. Niet alleen de katholieke, maar ook de Joodse school bezocht hij trouw. Helaas was het juist op die ‘christelijke’ school dat zijn antipathie tegen Christus en Zijn aanhangers alleen maar toenam. Hij stoorde zich aan het ijdele ‘Paapse gedoe’ op school. Zijn Roomse medeleerlingen namen het niet zo nauw. Ze waren meer bezig met wereldse zaken dan met God. Dit was onvoorstelbaar voor de vrome jonge Jood.

Innerlijke onrust

Jaren later getuigt Kunert: “Ik was gek op lezen. In het jaar 1885 leidde de Heere mij er toe een Nieuw Testament te kopen”. Uiteindelijk had hij een Grieks, Duits én Frans Nieuw Testament. Hoewel hij er veel in las en ze met oprechte belangstelling bestudeerde, was zijn bittere haat tegen de christenen daarmee niet van de baan. Integendeel! In Berlijn hield hij zelfs een openbare lezing, een vurig pleidooi tegen het christendom!
Toen Karl studeerde aan het seminarie om rabbijn te worden, kreeg hij te kampen met een steeds sterkere innerlijke onrust. Wat hij ook deed (nog ijveriger de Wet houden) of waar hij ook heen ging (Parijs, Antwerpen enz.) hij vond geen vrede in zijn hart. Terug in Berlijn zette hij zijn worsteling met God voort. De God, die hij zo graag wilde dienen … op zijn eigen, Joodse manier.

Rechtvaardiging alleen door Jezus Christus

Eind november 1898 kwam Kunert – nog steeds op zoek naar die innerlijke rust – in het zendingshuis van ds. A. Frank in Hamburg terecht. Daar ontmoette hij voor ’t eerst zijn Heiland en zag hij heel duidelijk in dat hij nooit rechtvaardiging zou vinden door het houden van de wetten van Mozes. De Heere Zelf wilde hem rechtvaardigen. Innerlijke rust werd eindelijk zijn deel.
Na zijn doop ging Kunert al snel als zendeling aan de slag, om zijn volksgenoten te bereiken met dat heerlijke, bevrijdende Evangelie. Velen mocht hij de ogen openen en vanuit het Woord wijzen op de Messias van Israël. Volmondig beleed Kunert met de psalmist: “De Heere heeft grote dingen bij ons gedaan; daarom zijn wij verblijd” (Psalm 126:3).