Meno Kalisher zoekt de waarheid over Jezus

Meno KalisherMeno is geboren in een Joods gezin van gelovigen in Jezus, in een tijd wanneer er in Israël slechts een handvol Messiaanse gelovigen is. Zijn vader is Zvi Kalisher, een Joodse overlevende van de Holocaust. Deze vertrok na de oorlog naar Israël en vond daar jaren later zijn Messias. Vader Zvi trouwt met Naomi, een Joodse vrouw afkomstig uit Iran, en samen met hun drie zonen en dochter sluiten zij zich aan bij een Messiaanse gemeente in Jeruzalem.

Grote twijfels

Zijn ouders leren hem het belang van het kennen van het Woord van God en het samenkomen op de Sabbat met andere gelovigen in de Messiaanse gemeente waar zij bij hoorden. Door de sterke tegenstand van zijn omgeving ten opzichte van gelovigen in Jezus, deed hij zijn best om zijn relatie met hen geheim te houden. Geen van zijn vrienden op school of in de buurt mocht weten dat hij tot een Messiaanse gemeente behoorde. Hij vreesde dat hij afgewezen en gemeden zou worden. Het feit dat de gelovigen in Jezus een kleine minderheid in Israël waren, zorgde voor grote twijfels in zijn jonge geest. Misschien kwam dit hele geloof wel voort uit de verbeelding van mensen die het bij het verkeerde eind hebben? Hij vroeg zichzelf af: “Kan het zo zijn dat alle rabbi’s er naast zitten?” “Aangezien de grote meerderheid van het Joodse volk Jezus afwijst -en dit zo heeft gedaan door de geschiedenis heen – zou ik niet moeten aannemen dat de meerderheid gelijk heeft?” “Aan de andere kant, kan het zo zijn dat deze kleine groep van eenvoudige mensen waar ik mee verbonden ben eigenlijk de enige is die de waarheid heeft?”

Diepgaand onderzoek

Op de leeftijd van zeventien jaar besluit Meno dat hij een diepgaand begrip nodig heeft van het geloof in Jezus. Hij realiseert zich dat hij zich niet voor eeuwig kan verlaten op wat hij heeft geleerd in zijn Messiaanse opvoeding, maar dat zijn geloof gebaseerd moet zijn op een persoonlijke beslissing.
Vier maanden van intensieve studie volgen. Hij leest en bestudeert het Oude Testament en onderzoekt enkele van de belangrijkste Messiaanse profetieën. Uiteindelijk komt hij, door de genade van God, tot de conclusie dat Jesjoea de Messias waarlijk “El Shaddai”, de Redder van Israël” en “de Heilige van Israël” is. Hij is de Verlosser aangekondigd door de profeten van de Bijbel. Wanneer hij dat ontdekt, ervaart hij dat God hem echte vrede geeft.

God bepaalt de Waarheid

Toch begint hij daarna weer te twijfelen. Het zit hem dwars dat de gelovigen zo’n kleine minderheid vormen. Maar het bestuderen en begrijpen van het Woord brengt opnieuw helderheid. Hij begrijpt dat God degene is die zijn kinderen uitkiest naar zijn vrije beslissing. Hij bepaalt de aantallen. En het feit dat hij, Meno, deel uitmaakt van een kleine kudde van gelovigen is een kostbare gift van Gods genade.
Door het bestuderen van de Schrift komt hij tot de conclusie dat het voor een Jood het meest natuurlijke is te geloven in Jesjoea de Messias als zijn persoonlijke Verlosser. Eindelijk krijgt hij een vrede en zekerheid die hem nooit meer heeft verlaten.
En hij ontdekt nog wat anders: het is niet de meerderheid die bepaalt wat waarheid is. Waarheid wordt bepaald door God! Gods waarheid staat geschreven in de Bijbel, in het Oude en Nieuwe Testament. En de Bijbel bevestigt dat Jesjoea de Weg, de Waarheid en het leven is, voor zowel Jood als heiden!