Sara Rabinowitz bidt in haar wanhoop tot God

Sara RabinowitzIn 1923 verhuist de Russische Sara Rabinowitz naar Midden-Amerika. Wanneer ze daar haar enige zoon verliest, is haar verdriet groot. Dan hoort ze in een toespraak op de radio dat Jezus een liefdegave van God is, gekomen om verlossing en eeuwig leven te brengen. Dit lijkt haar ongelooflijk. In haar wanhoop bidt zij tot God: “Help mij. Ik wil weten wat de waarheid is over Jezus.”

Wanhopig

Ik ben in Rusland geboren in de stad Gomel. Mijn ouders waren orthodoxe Joden. Mijn moeder was zeer godsdienstig en nam alle religieuze gebruiken nauwgezet in acht en heeft mij deze ook geleerd. Als jonge vrouw verliet ik Rusland en arriveerde in 1923 met enige vrienden in Mexico. Na enkele jaren vertrok ik met hen naar Costa Rica. Hier ontmoette ik de jongeman, waar ik later mee trouwde. In 1935 verhuisden wij naar Ecuador.
In dit land stierf onze enige zoon door een verkeersongeluk. Dit was een grote slag voor ons. Mijn man trachtte mij te troosten. Hij was christen en sprak zo nu en dan met mij over Jezus. Ik wilde echter niets van Hem weten. Mijn ouders hadden mij opgevoed om Jezus te haten. Ze hadden mij verteld, dat Jezus de God van de heidenen was en de oorzaak van al onze ellende. Het enige wat ik kon doen om over mijn verdriet heen te komen, was de stad verlaten en naar een andere plaats verhuizen. Wij gingen wonen in El Salvador, maar mijn toestand werd met de dag slechter en ik kon geen rust vinden.

Jezus, een liefdegave

Tijdens de Tweede Wereldoorlog las ik in de krant dat mijn geboorteplaats Gomel, waar mijn familie woonde, totaal verwoest was. Dit bericht bracht mijn smart tot een hoogtepunt. Ik voelde mij zo wanhopig dat ik niet meer verder kon leven. In mijn wanhoop zette ik de radio aan en hoorde tot mijn verbazing een prediker die de geschiedenis van Jezus uitlegde. Hij beweerde dat Jezus een liefdegave van God was en dat Hij in deze wereld was gekomen om verlossing en eeuwig leven te brengen voor een ieder die gelooft. Hij maakte duidelijk dat God Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft om voor de zonde van de wereld te sterven. Ik had dit nog nooit eerder gehoord en het leek mij ongelooflijk. Ik probeerde het zo spoedig mogelijk te vergeten.

Zoektocht naar de waarheid

Maar de boodschap liet mij niet meer los. Ik moest weten, of deze prediker de waarheid vertelde. Tenslotte besloot ik om de dingen te gaan onderzoeken. Ik kwam in contact met een zendeling voor wie ik mijn hart uitstortte. Ik vertelde hem over mijn grote verdriet, mijn vele zorgen en vroeg: “Kunt u mij helpen?”
Hij las enige Bijbelteksten met mij en probeerde duidelijk te maken, dat Jezus de Joodse Messias is en dat het getuigenis, dat ik op de radio gehoord had, inderdaad waar was. Hij adviseerde me om het Woord van God te onderzoeken en Hem te vragen Zichzelf aan mij te openbaren.
Toen ik thuiskwam heb ik hier lang over nagedacht. Tenslotte nam ik de Bijbel van mijn man en begon te bidden: “O God, U weet hoe wanhopig ik ben. Ik heb geen vrede, geen rust en mijn verdriet is groot. Ik wil de waarheid weten. Ik kan niet geloven wat de mensen mij vertellen. U moet mij helpen en zeggen wat ik moet doen.” Ik sloeg de Bijbel open en mijn ogen vielen op Psalm 51. Toen ik deze psalm las werd ik ervan overtuigd dat ik een zondaar was en dat alleen God mij kon redden. Ik viel op mijn knieën en vroeg Hem om mij genadig te zijn.

Ik kon niet anders

Toen ik opstond voelde ik mij geweldig opgelucht. Ik had zekerheid dat God mij vergeven had. Mijn hart vloeide over van blijdschap en dankbaarheid en er was een diep verlangen in mij om de Bijbel te lezen. En hoe meer ik er in las, hoe meer ik tot de overtuiging kwam dat Jezus de Joodse Messias moest zijn. Ik kon niet anders dan Hem aanvaarden als mijn persoonlijke Verlosser en Zaligmaker en mijn leven aan Hem overgeven.
Mijn man was zeer gelukkig, want hij had hiervoor gebeden. Hij had zo dikwijls geprobeerd om mij te troosten met het Evangelie, maar ik wilde niet naar hem luisteren. Welk een omkeer heeft er in mijn leven plaatsgevonden! Ik verkeerde in grote duisternis, maar nu dank ik mijn Heiland dat Hij in mijn hart is gekomen en mij het licht van Zijn kennis gegeven geeft. Vroeger haatte ik Hem, maar nu houd ik zoveel van Hem dat ik Hem wil dienen met heel mijn hart.

Geroepen onder de Joden

De Here heeft mij geroepen om het evangelie te brengen onder Zijn uitverkoren volk, de Joden. En Hij verhoorde mijn gebed en riep ook mijn man voor dit werk. In Zijn genade bracht Hij ons in aanraking met de Hebreeuwse Evangelisatievereniging, die ons aanstelde als zendelingen onder de Joden in Mexico.