Silla, ‘Dat Boek mocht ik beslist niet lezen!’

SillaIk ben opgevoed volgens de Joodse tradities. Het Nieuwe Testament mocht ik beslist niet aanraken. Maar toen ik hoorde dat Jezus een Jood was, ben ik dit Boek gaan lezen. Ik zag dat de twee een geheel vormen en ben daardoor de Tenach gaan begrijpen.

Opgevoed volgens de Joodse tradities

Mijn ouders hadden elkaar in Colombia ontmoet. Beiden waren Europa op tijd ontvlucht en ontkwamen aan de Holocaust. Mijn moeder was Russische en mijn vader kwam uit Polen. Bij ons thuis werden wel zeven talen gesproken! Ik ben op Curaçao geboren. Daar ben ik ook volgens de Ashkenazisch-Joodse tradities opgevoed. Ik herinner me nog heel goed mijn Bat Mitswa. Als twaalfjarig Joods meisje koos ik heel bewust voor de God van Abraham, Izak en Jakob.

Verschillende culturen

Toch groeide ik op in twee verschillende culturen. Tegenover de Joodse invloeden van mijn ouders en grootouders stond de dagelijkse ‘opvoeding’ door de christelijke dienstbodes. Die plaagden mij nogal eens met lastige vragen, zoals: wat zou jij doen, als op sabbat de ezel in een put valt? Ik had hem er vast niet uitgehaald hoor! Ik had immers nog nooit van Jezus gehoord. Nee, die Naam had ik alleen maar gehoord als krachtterm. Ook van mijn christelijke schoolvriendinnen heb ik nooit gehoord wie Jezus echt was. Mijn ouders waren liberaal, maar het Nieuwe Testament werd geweerd. Dat Boek mocht ik beslist niet lezen!

Aliya

Toen ik vijftien jaar was, besloot ik helemaal alleen aliya te maken, naar Israël te gaan. Enerzijds misschien een vlucht. Ik wou voorkomen dat ik tegen mijn wil uitgehuwelijkt zou worden. Anderzijds had ik een diep verlangen om, juist in Israël, antwoord te krijgen op heel veel religieuze vragen en me te verdiepen in het orthodoxe Jodendom. Ik werd super orthodox. De hele Misjna heb ik bestudeerd. Zowat de hele Tenach kende ik uit mijn hoofd, maar ik begreep er toen helemaal niets van.

Nieuwe Testament

Ik studeerde enige tijd aan een universiteit in de Verenigde Staten en kwam uiteindelijk in Nederland terecht, samen met de man die ik al kende vanaf mijn schooltijd op Curaçao. Daar werd een ‘tante’ van mijn partner gebruikt om in mijn leven een keer te brengen. Tante vertelde me dat Jezus een Joodse man was geweest. En omdat tante wist dat ik graag las, gaf zij mij een boek… een Nieuwe Testament! Ja, en als Hij Joods was, waarom zou ik dan dat Boek niet mogen lezen?
Bij de orthodoxe opleiding, die ik in Israël had genoten, had ik de Tenach zo’n beetje uit mijn hoofd geleerd, maar pas door het lezen van het Nieuwe Testament ging ik de Tenach begrijpen. Ik ging ook zien dat het één geheel was en dat Jesjoea werkelijk de Messias moest zijn naar Wie de Schriften verwezen. Aanvankelijk was het erg verwarrend. Hoe moest ik de verhalen van vroeger, zowel van thuis als van de orthodoxe rabbijnen, hiermee rijmen? Van mijn moeder had ik vaak genoeg gehoord over het onrecht dat ‘christenen’ haar hadden aangedaan. Van mijn grootvader, een echte Cohen, iemand van het priesterlijk geslacht, had ik te horen gekregen: “Dat Boek is verboden terrein, daar mag je absoluut niet aankomen!”

Zoeken naar Gods weg

Toch kon ik het niet laten meer en meer in dat Nieuwe Testament te lezen en las en overdacht het drie weken non stop. In eerste instantie begreep ik die christenen niet, want het bleek een Joods boek te zijn! Eén tekst sprong er uit, namelijk Fil. 2:13: “Want het is God, Die in u werkt zowel het willen als het werken, naar Zijn welbehagen.” Juist in deze periode van zoeken naar Gods weg bracht de Almachtige mij in contact met de dames De Kock en Goedhart, twee dames die Bijbels verspreiden onder Joden. Ik heb nog steeds het tweetalig Hebreeuws-Nederlandse Nieuwe Testament met een opdracht voorin geschreven door hen. Ik bezocht hen samen met een Portugees Joods meisje. Het was mede door deze bijzondere ontmoeting dat ik tot werkelijke overgave mocht komen en mijn leven gaf aan Jesjoea ha Massiach.

Een veranderd leven

Het was God Zelf, Die in mij vervolgens ook de wil werkte om mij te laten dopen. Daarvoor reisde ik weer naar Israël, waar Jakob Damkani mij eind 1988 doopte in de Middellandse Zee bij Jaffa. Ik ben doodsbang voor vissen, maar die dag niet! De Bijbeltekst die ik bij mijn doop ontving, was 2 Kor.5:17: “het oude is voorbijgegaan, ziet, het is alles nieuw geworden.” En ik veranderde inderdaad. Mensen vonden mij zó rustig geworden. Ik was voorheen niet makkelijk, ik was soms echt een ‘brullende leeuwin’!
Terug op Curaçao viel het ook mijn vader op dat ik veranderd was. Hij vroeg mij: “Wat is er met jou gebeurd? Je bent zo rustig geworden?” Ik vertelde hem dat ik nu geloofde in Jesjoea ha Massiach. Mijn vader, ook van het priesterlijk geslacht, zei toen: als jij zó blij bent en zó rustig, dan heb jij al mijn zegeningen.”

Compleet Jood

Ik heb geen makkelijk leven gehad. Vele ongelukkige huwelijksjaren eindigden in een echtscheiding. Mijn lijfspreuk ‘gemakzucht dient de mens’ hielp mij al evenmin. Verdriet, moeite, mishandeling, afwijzing en vernedering moest ik meemaken…. Maar toch was het me allemaal waard. Ik heb Jesjoea leren kennen en Hij heeft zoveel erger meegemaakt. Bovendien heb ik in Hem zó veel ontvangen: het nieuwe leven en een hele nieuwe ‘familie’. Zo voortreffelijk! Ik zou echt niet anders willen. Ik ben nog steeds een echte Jodin, maar nu voel ik me helemaal compleet. Ja, het is volbracht!

* Silla is een pseudoniem. Naam en adres zijn bekend bij de redactie.